the Fourth Week of Advent
Click here to join the effort!
Bible Commentaries
Dächsel Bijbelverklaring Dächsel Bijbelverklaring
Jeremiah's Calling and Divine Appointment.Hoofdstuk 2
Israel's Unfaithfulness; Call to Repentance.Hoofdstuk 3
Call to Return to God; Israel's Waywardness.Hoofdstuk 4
Impending Judgment and Call for Repentance.Hoofdstuk 5
The People's Sin and Coming Judgment.Hoofdstuk 6
Imminent Judgment; Call to Flee from Danger.Hoofdstuk 7
Temple Sermons; Rejection of Empty Rituals.Hoofdstuk 8
Judgment and Sorrow over Israel's Sin.Hoofdstuk 9
Lament over Judah's Sin; Call for Truth.Hoofdstuk 10
God's Sovereignty versus Idolatry; Judgment on Nations.Hoofdstuk 11
The Covenant Broken; Conspiracy against Jeremiah.Hoofdstuk 12
Jeremiah's Complaint; Divine Response about Judgment.Hoofdstuk 13
Symbolic Acts Illustrating Judah's Sin and Judgment.Hoofdstuk 14
Drought; Jeremiah's Plea for Mercy.Hoofdstuk 15
God's Judgment; Jeremiah's Lament and Call for Deliverance.Hoofdstuk 16
Restrictions on Jeremiah; Prophecy of Judgment and Restoration.Hoofdstuk 17
Judah's Sin and its Consequences; Blessing of Trust in God.Hoofdstuk 18
The Potter's House; Israel's Choice and Consequences.Hoofdstuk 19
Symbolic Act of the Broken Jar; Judgment.Hoofdstuk 20
Jeremiah's Suffering and Complaint; Confidence in God.Hoofdstuk 21
Judgment against Jerusalem; Promise of Deliverance.Hoofdstuk 22
Judgment on Judah's Kings; Call for Justice.Hoofdstuk 23
The Righteous Branch; False Prophets and True Shepherds.Hoofdstuk 24
Vision of Good and Bad Figs; Exile's Outcome.Hoofdstuk 25
Seventy Years of Captivity; Judgment on Nations.Hoofdstuk 26
Jeremiah's Message; Opposition and Deliverance.Hoofdstuk 27
The Yoke of Babylon; Warning to Surrounding Nations.Hoofdstuk 28
False Prophet Hananiah's Prophecy and Judgment.Hoofdstuk 29
Letter to the Exiles; Promise of Restoration.Hoofdstuk 30
Restoration and Future Blessings for Israel.Hoofdstuk 31
New Covenant and Restoration; Future Hope.Hoofdstuk 32
Purchase of the Field; Confirmation of God's Promise.Hoofdstuk 33
Promises of Restoration and Righteous Leadership.Hoofdstuk 34
Judgment on Zedekiah; Broken Covenant.Hoofdstuk 35
The Rechabites' Example; Judgment on Judah.Hoofdstuk 36
Baruch's Scroll; Jehoiakim's Rejection and Destruction.Hoofdstuk 37
Jeremiah's Imprisonment; Warnings to Zedekiah.Hoofdstuk 38
Jeremiah's Trial and Rescue from the Pit.Hoofdstuk 39
Jerusalem's Fall and Exile; Jeremiah's Release.Hoofdstuk 40
Gedaliah Appointed Governor; Warning of Further Invasion.Hoofdstuk 41
Murder of Gedaliah; Flight to Egypt.Hoofdstuk 42
Jeremiah's Warning against Going to Egypt.Hoofdstuk 43
Flight to Egypt; Idolatry Condemned.Hoofdstuk 44
Judgment on Those Who Worshipped Idols in Egypt.Hoofdstuk 45
Message to Baruch; Reassurance amid Trials.Hoofdstuk 46
Prophecies against Egypt and its Allies.Hoofdstuk 47
Prophecy against the Philistines.Hoofdstuk 49
Prophecies against Ammon, Edom, Damascus, and Elam.Hoofdstuk 50
Prophecy against Babylon; Future Restoration of Israel.Hoofdstuk 51
Further Prophecy against Babylon; Call to Flee.Hoofdstuk 52
Fall of Jerusalem; Final Note on Zedekiah.
- Jeremiah
by Karl August Dächsel
Het Boek der Profetieën van Jeremia, den zoon van Hilkia, bevat de voorspellingen van dezenProfeet, benevens mededelingen uit de tijden van Jojakim en Zedekia, en uit die na deverwoesting van Jeruzalem.
Zijne voorspellingen zijn niet ten onrechte genoemd, een getrouw afdruksel van zijn inwendigleven.
Gedreven door den Heilige Geest, heeft hij niet opgehouden het volk zijne zonden voor ogente houden, en de verwoesting van stad en tempel aan te kondigen, als gevolg van die zonden.
Diep gevoelde hij de innigste smart over het verderf en de zonde van land en volk, te meer,dewijl hij was van een teergevoelig gemoed.
Diep ingeleid in de Openbaring van Gods wet en getuigenis, weet hij, dat, waar de Heere inZijn wet, inzonderheid in het 5de Boek van Mozes, de oordelen Gods had aangekondigd overhen, die Zijne getuigenissen verachtten, de val van het Rijk niet lang meer kan duren.
Het is dan ook opmerkelijk, dat hij, schier meer dan n ander der Profeten, spreekt met hetoog op de Wet, en, tegenover den afval van s Heren geboden bij het volk en de drogredenenvan de valse profeten, gedurig heen wijst naar de geschondene Wet.
Zijn taal, inzonderheid waar hij spreekt tot zijn volk, is die van den treurende, van denbedroefde van harte.
Hij lijdt, waar hij de oordelen op Gods bevel moet aankondigen, wat echter niet verhindert,dat hij als een ijzeren zuil en een koperen muur staat, als hij tegen de valse profeten optreedten Jeruzalems val voorspelt.
Waar hij echter tegen de heidense volken optreedt, is zijn taal fors en neemt deze een hogerevlucht.
Zijn naam betekent: de Heere slingert weg, en met dien naam komt de hoofdinhoud van zijnprediking overeen, dewijl deze is, dat de Heere God Juda zal wegslingeren van voor Zijnaangezicht.
Het Boek laat zich verdelen in vier grote hoofddelen, voorafgegaan door een inleiding engevolgd door een aanhangsel.
Hoofdstuk 1 bevat de roeping van Jeremia tot zijn Profetisch ambt.
Het eerste deel (Hoofdstuk 2-20), bevat de prediking van den Profeet onder Koning Josia,waar hij afmaant van de zonde, dreigt met de oordelen, en roept tot waarachtige bekering.
Het tweede deel (Hoofdstuk 21-33), bevat eerst voorspellingen omtrent het oordeel, hetwelkover Juda door de hand der Chaldeeën zal komen, en vervolgens die omtrent de verlossingdoor den Messias.
Het derde deel (Hoofdstuk 34-45), bevat behalve enkele korte profetische uitspraken,mededeling van gewichtige gebeurtenissen, uit de tijden v r en na de verwoesting vanJeruzalem, gebeurtenissen, die zowel den koningen en het volk als hem zelven betreffen.
Het vierde deel (Hoofdstuk 46-51), bevat de profetische uitspraken tegen de heidense volken.
Hoofdstuk 52 vormt het aanhangsel, waarin ons wordt meegedeeld wat na de verwoesting vanJeruzalem plaats greep, in het bijzonder ook wat het lot was van Jojachin.
Het gehele Boek getuigt derhalve, dat wat de Heere in Zijn wet had geopenbaard volkomenwordt vervuld, dat Israëls straf gevolg is van Israëls overtreding, maar ook dat de Heere nietZijne oordelen tegen Zijn volk uitvoert dan na eerst nog op onderscheidene wijze Zijnroepstem tot bekering te hebben doen horen.