the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
Psalmen 72
1 Voor Salomo. God, geef uw gericht aan den koning, en uwe gerechtigheid aan 's konings zoon,
2 opdat hij uw volk richte met gerechtigheid, en uwe ellendigen redde.3 Laat de bergen den vrede brengen aan het volk, en de heuvelen de gerechtigheid.4 Hij zal het ellendige volk bij het recht behouden, en de armen helpen, en de lasteraars verbrijzelen.5 Men zal U vrezen, zolang er zon en maan zullen zijn, van kind tot kindskinderen.6 Hij zal nederdalen als de regen op het veld, als de druppels, die het land bevochtigen.7 In zijnen tijd zal de rechtvaardige bloeien, en grote vrede, tot de maan niet meer zijn zal.8 Hij zal heersen van de ene zee tot de andere, en van de rivier af tot aan des werelds einden toe.9 Voor Hem zullen zich buigen die in de woestijn zijn, en de vijanden zullen het stof likken.10 De koningen van Tarsis en op de eilanden zullen geschenken brengen, de koningen uit Rijk Arabi en Seba zullen gaven toevoeren.11 Alle koningen zullen zich voor Hem nederbuigen, alle volken zullen Hem dienen.12 Want Hij zal den arme redden, die roept, en de ellendige, die geen helper heeft.13 Hij zal den geringe en arme genadig zijn, en de zielen der armen zal Hij helpen.14 Hij zal hunne zielen van het bedrog en geweld verlossen, en hun bloed zal dierbaar geacht worden bij Hem.15 Hij zal leven, en men zal Hem van het goud uit Rijk Arabi geven, en men zal altoos voor Hem bidden; dagelijks zal men Hem loven.16 Op de aarde boven op de bergen zal het koren dik staan, zijne vrucht zal ruisen als de Libanon, en zij zullen bloeien in de steden als het kruid der aarde.17 Zijn naam zal eeuwiglijk blijven; zolang de zon duurt, zal zijn naam op de nakomelingen voortgeplant worden, en zij zullen door Hem gezegend zijn; alle volken zullen Hem prijzen.
18 Geloofd zij God de Heer, Israls God, die alln wonderen doet,19 en geloofd zij zijn heerlijke naam eeuwiglijk, en alle landen mogen van zijne eer vol worden. Amen, amen.20 De gebeden van David, den zoon van Isa, hebben een einde.