the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
Psalmen 19
1 Een psalm van David om voor te zingen. (19-2) De hemelen vertellen Gods eer, en het uitspansel verkondigt het werk zijner handen.2 (19-3) De ene dag zegt het den anderen, en de ene nacht maakt het den anderen bekend.3 (19-4) Er is geen spraak noch rede, waar men hunne stem niet hoort.4 (19-5) Hun richtsnoer gaat uit in alle landen, en hunne redenen tot aan het einde der wereld; hij heeft voor de zon ene tent daarin gemaakt,5 (19-6) en zij treedt daaruit voort gelijk een bruidegom uit zijne kamer, en verheugt zich als een held om den weg te lopen.6 (19-7) Zij gaat op aan het einde des hemels, en loopt om tot weder aan datzelfde einde; en niets blijft voor hare hitte verborgen.
7 (19-8) De wet des Heren is volmaakt, en verkwikt de ziel; de getuigenis des Heren is gewis, en geeft den eenvoudigen verstand.8 (19-9) De bevelen des Heren zijn recht, en verblijden het hart; de geboden des Heren zijn louter, en verlichten de ogen.9 (19-10) De vreze des Heren is rein, en blijft eeuwiglijk; de rechten des Heren zijn waarachtig, altemaal rechtvaardig.10 (19-11) Zij zijn kostelijker dan goud, dan ene menigte van het fijnste goud; zij zijn zoeter dan honig en honigzeem.11 (19-12) Ook wordt uw knecht door haar vermaand; en wie haar houdt, die heeft groot loon.12 Wie kan merken, hoe dikwijls hij faalt? Vergeef mij de verborgen feilen.13 (19-13) Bewaar uwen knecht ook voor de hoogmoedigen, dat zij niet over mij heersen; (19-14) zo zal ik oprecht zijn, en vrij blijven van grote zonde.14 (19-15) Laat U behagen de redenen mijns monds en het gesprek mijns harten, voor U, o Heer, mijn rots en mijn beschermer.