the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Click here to learn more!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
Numeri 17
1 En de Heer sprak tot Mozes, zeggende:2 Spreek tot de kinderen Israls en neem van hen twaalf stokken, van elken vorst van hun vaderlijk huis n, en schrijf ieders naam op zijnen stok.3 Doch Arons naam zult gij schrijven op den stok van Levi; want voor elk hoofd van hun vaderlijk huis zal n stok zijn.4 En leg die in de tent der samenkomst Vr de ark der getuigenis, waar Ik met u zal samenkomen.5 En wien Ik verkiezen zal, diens stok zal bloeien, opdat Ik het murmureren der kinderen Israls, hetgeen zij tegen ulieden murmureren, stille.6 En Mozes sprak tot de kinderen Israls; en al hunne vorsten gaven hem twaalf stokken, elke vorst n stok naar hun vaderlijk huis; en Arons stok was ook onder hunne stokken.7 En Mozes legde deze stokken voor den Heer in de tent der getuigenis.
8 En des morgens, toen Mozes in de tent der getuigenis ging, vond hij den stok van Aron, van het huis Levi, bloeiende, en bloesem voortbrengend en amandelen dragende.9 En Mozes droeg al deze stokken uit van voor den Heer tot al de kinderen Israls, zodat zij het zagen; en elk nam zijnen stok.10 En de Heer sprak tot Mozes: Draag Arons stok weder Vr de ark der getuigenis, opdat hij bewaard worde tot een teken voor de ongehoorzame kinderen, opdat hun murmureren tegen Mij ophoude, en zij niet sterven.11 En Mozes deed, gelijk de Heer hem geboden had.12 En de kinderen Israls spraken tot Mozes: zie, wij verderven en komen om, wij worden allen verdelgd en komen om;13 al wie tot de woning des Heren nadert, sterft. Zullen wij dan allen omkomen?