Lectionary Calendar
Friday, November 22nd, 2024
the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Attention!
Tired of seeing ads while studying? Now you can enjoy an "Ads Free" version of the site for as little as 10¢ a day and support a great cause!
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Lutherse Vertaling

Markus 15

1 En des morgens hielden de Hogepriesters terstond te zamen raad met de Oudsten en de Schriftgeleerden, benevens den gehelen Raad, en bonden Jezus, en leidden hem heen, en leverden hem aan Pilatus over.2 En Pilatus vraagde hem: Zijt gij de koning der Joden? En hij antwoordde en zeide tot hem: Gij zegt het.3 En de Hogepriesters beschuldigden hem van vele dingen.4 Pilatus nu vraagde hem wederom, zeggende: Antwoordt gij niets? Zie, wat zij tegen u getuigen!5 Maar Jezus antwoordde niets meer, zodat Pilatus zich verwonderde.6 Op het feest nu placht hij hun n gevangene los te geven, wien zij begeerden.7 En er was een, genaamd Barabbas, met andere oproerigen gevangen, die in het oproer een moord gedaan hadden.8 En het volk kwam op, en begon te eisen, dat hij doen zou, gelijk hij placht te doen.9 En Pilatus antwoordde hun: Wilt gij, dat ik u den koning der Joden zal losgeven?10 Want hij wist, dat de Hogepriesters hem uit nijdigheid hadden overgeleverd.11 Maar de Hogepriesters stookten het volk op, dat hij hun liever Barabbas zou losgeven.12 Pilatus nu antwoordde wederom en zeide tot hen: Wat wilt gij dan, dat ik doen zal met hem, dien gij beschuldigt, dat hij de koning der Joden is?13 Zij riepen wederom: Kruis hem!14 Doch Pilatus zeide tot hen: Wat kwaads heeft hij dan gedaan? Maar zij riepen nog veel meer: Kruis hem!

15 En Pilatus, willende het volk voldoen, gaf hun Barabbas los, en Jezus leverde hij over om gegegeseld en gekruisigd te worden.16 En de krijgsknechten leidden hem binnen het hof, dat is het rechthuis, en riepen de gehele schare bijeen:17 en zij deden hem een purperen mantel om, vlochten ene doornenkroon en zetten hem die op,18 en begonnen hem te groeten: Wees gegroet, koning der Joden!19 En zij sloegen hem met een riet op het hoofd, bespuwden hem, vielen op de knien en wierpen zich voor hem neder.20 En toen zij hem bespot hadden, deden zij hem den purperen mantel af, en deden hem zijne eigene klederen aan, en leidden hem uit om hem te kruisigen.21 En zij dwongen een, die daar voorbijging, genaamd Simon van Cyrne, die van het veld kwam, den vader van Alexander en Rufus, zijn kruis te dragen.

22 En zij brachten hem aan de plaats Golgotha, dat is vertaald, Hoofdschedelplaats.23 En zij gaven hem wijn, met mirre gemengd, te drinken; maar hij nam dien niet.24 Toen zij hem nu gekruisigd hadden, deelden zij zijne klederen, en wierpen het lot daarover, wat ieder daarvan hebben zou.25 En het was omtrent de derde ure, toen zij hem kruisigden.26 En boven hem was geschreven, waarvan men hem beschuldigde, namelijk: De Koning der Joden.27 En zij kruisigden met hem twee moordenaars, n aan zijne rechter zijde en n aan zijne linkerzijde.28 Toen werd de Schrift vervuld, die zegt: "Hij is onder de kwaaddoeners gerekend".29 En die voorbijgingen lasterden hem, en schudden hunne hoofden, zeggende: Ha, hoe breekt gij den tempel af, en bouwt hem weder op in drie dagen!30 Help nu uzelven en klim af van het kruis!31 Desgelijks bespotten hem ook de Hogepriesters met de Schriftgeleerden, zeggende tot elkander: Hij heeft anderen geholpen, en kan zichzelven niet helpen;32 de Christus, de koning van Isral, klimme nu af van het kruis, opdat wij het zien en geloven. En die met hem gekruisigd waren, smaadden hem ook.

33 En toen de zesde ure gekomen was, ontstond er ene duisternis over het gehele land, tot omtrent de negende ure toe.34 En omtrent de negende ure riep Jezus met ene luide stem, zeggende: Elo, Elo, lama sabachtani! dat is vertaald: mijn God, mijn God, waarom hebt gij mij verlaten!35 En sommigen van hen, die daarbij stonden, toen zij dat hoorden, zeiden: Zie, hij roept Ela.36 Toen liep er een en vulde ene spons met edik, en stak ze op een rietstok, en gaf hem te drinken, zeggende: Houdt stil, laat ons zien, of Ela komt om hem af te nemen.37 En Jezus riep met ene luide stem, en gaf den geest.38 en het voorhangsel in den tempel scheurde in twee stukken, van boven tot beneden.39 En de hoofdman, die tegenover hem stond, en zag, dat hij met zodanig geroep den geest gaf, zeide: Waarlijk, deze mens was Gods Zoon!40 En er waren ook vrouwen, die dit van verre aanschouwden, onder welke was Maria Magdalena, en Maria, de moeder van Jakobus den jongere en van Joses, en Salome;41 die hem ook, toen hij in Galila was, gevolgd waren en hem gediend hadden; en vele andere, die met hem opgegaan waren naar Jeruzalem.

42 En des avonds, dewijl het de dag der voorbereiding was, die de Vrsabbat is,43 kwam Jozef van Arimatha, een achtbaar raadsheer, die ook op het rijk Gods wachtte, en zich verstoutende ging hij tot Pilatus en verzocht om het lichaam van Jezus.44 Pilatus nu verwonderde zich er over, dat hij gestorven zou zijn, en riep den hoofdman, en vraagde hem, of hij reeds lang dood was.45 En toen hij het van den hoofdman vernomen had, gaf hij aan Jozef het lichaam.46 En hij kocht fijn lijnwaad, en nam hem af, en wond hem in dat lijnwaad, en legde hem in een graf, hetwelk in ene steenrots gehouwen was; en hij wentelde, een steen voor den ingang des grafs.47 En Maria Magdalena en Maria, de moeder van Joses, zagen toe waar hij gelegd werd.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile