Lectionary Calendar
Friday, November 22nd, 2024
the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Attention!
Tired of seeing ads while studying? Now you can enjoy an "Ads Free" version of the site for as little as 10¢ a day and support a great cause!
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Lutherse Vertaling

Jozua 14

1 Dit is het wat de kinderen Israls ten erfdeel ontvangen hebben in het land Kanan, hetwelk de priester Eleazar en Jozua, de zoon van Nun, en de hoofden der stammen aan de kinderen Israls hebben uitgedeeld.2 Zij nu deelden het door het lot onder hen, zoals de Heer door Mozes geboden had, aan negen stammen en een halven stam.3 Want aan twee stammen en een halven stam had Mozes een erfdeel gegeven aan gene zijde van den Jordaan; maar aan de Levieten had hij geen erfdeel onder hen gegeven.4 Want van de kinderen van Jozef waren twee stammen, Manasse en Efram; en aan de Levieten gaven zij geen erfdeel in het land, maar steden om daarin te wonen, en voorsteden voor hun vee en hunne have.5 Gelijk de Heer aan Mozes geboden had, zo deden de kinderen Israls, en zij deelden het land.

6 Toen traden de kinderen van Juda tot Jozua te Gilgal, en Kaleb, de zoon van Jefunne, de Keniziet, sprak tot hem: Gij weet, wat de Heer tot Mozes, den man Gods, aangaande mij en u zeide te Kades-Barna.7 Ik was veertig jaar oud, toen Mozes, de knecht des Heren, mij uitzond van Kades-Barna om het land te verspieden, en toen ik hem bericht bracht, gelijk het in mijn hart was.8 Maar mijne broeders, die met mij opgegaan waren, maakten het hart des volks versaagd; doch ik volgde getrouw den Heer, mijnen God.9 Toen zwoer Mozes op dien dag, zeggende: Het land, waarop uw voet getreden heeft, zal het erfdeel van u en uwe kinderen zijn eeuwiglijk, omdat gij den Heer, mijnen God getrouw gevolgd hebt.10 En nu, zie, de Heer heeft mij laten leven, gelijk Hij gesproken heeft: het zijn nu vijf en veertig jaren, dat de Heer zulks tot Mozes gesproken heeft, en dat Isral in de woestijn gewandeld heeft; en nu, zie, ik ben heden vijf en tachtig jaar oud,11 en ik ben nog heden ten dage zo sterk als ik was op dien dag, toen Mozes mij uitzond; gelijk mijne kracht toen was, zo is zij ook nu nog, om te strijden en om uit en in te gaan.12 Zo geef mij nu dit gebergte, waarvan de Heer gesproken heeft op dien dag, gelijk gij te dien dage gehoord hebt; al zijn daar Enakieten en grote en vaste steden, zo de Heer met mij is, zal ik hen verdrijven, gelijk de Heer gesproken heeft.13 Toen zegende Jozua hem, en gaf Hebron aan Kaleb, den zoon van Jefunne, ten erfdeel.14 Daarom werd Hebron het erfdeel van Kaleb, den zoon van Jefunne, den Keniziet, tot op dezen dag, omdat hij den Heer, den God van Isral, getrouw gevolgd had.15 Hebron nu heette eertijds de stad van Arba, die een groot mens was onder de Enakieten. En het land had opgehouden te oorlogen.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile