Lectionary Calendar
Monday, December 23rd, 2024
the Fourth Week of Advent
Attention!
Tired of seeing ads while studying? Now you can enjoy an "Ads Free" version of the site for as little as 10¢ a day and support a great cause!
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Lutherse Vertaling

Jesaja 2

1 Dit is het wat Jesaja, de zoon van Amoz, zag aangaande Juda en Jeruzalem.2 De berg, op welken het huis des Heren is, zal in den laatsten tijd hoger zijn dan alle bergen, en boven alle heuvelen verheven worden, en alle volken zullen derwaarts stromen;3 en vele natin zullen heengaan en zeggen: Komt, laat ons op den berg des Heren gaan, tot het huis van Jakobs God, opdat Hij ons zijne wegen lere en wij wandelen op zijne paden; want van Sion zal de wet uitgaan, en het woord des Heren van Jeruzalem.4 En Hij zal richten onder de volken, en vele natin bestraffen; dan zullen zij hunne zwaarden tot ploegijzers en hunne spiesen tot sikkels maken; want geen volk zal tegen het andere het zwaard meer opheffen, en zij zullen voortaan niet meer leren oorlogen.5 Kom dan nu, gij huis van Jakob, laat ons wandelen in het licht des Heren.

6 Maar Gij hebt uw volk, het huis van Jakob, verstoten, want zij bedrijven de goddeloosheid meer dan die van het Oosten, en zijn wichelaars gelijk de Filistijnen, en hebben behagen in de kinderen der vreemden.7 Hun land is vol zilver en goud, en aan hunne schatten is geen einde; hun land is vol paarden, en aan hunne wagens is geen einde.8 Ook is hun land vol afgoden, en zij aanbidden het werk hunner handen, hetwelk hunne vingers gemaakt hebben.9 Daar buigt zich de geringe neder, daar verootmoedigen zich de aanzienlijken; dit zult Gij hun niet vergeven.

10 Ga naar de steenrots en verberg u in de aarde, voor den schrik des Heren en voor zijne heerlijke majesteit.11 Want de hoogheid van der mensen ogen zal vernederd, en der lieden trotschheid gebogen worden, en de Heer alleen zal hoog zijn in dien tijd.12 Want de dag des Heren Zebath zal gaan over alles wat hoovaardig en hoog, en over alles wat verheven is, opdat het vernederd worde;13 ook over alle hoge en verheven cederen op den Libanon, en over alle eiken van Basan;14 over alle hoge bergen, en over alle verheven heuvelen;15 over alle hoge torens, en over alle vaste muren;16 over alle schepen van Tarsis, en over allen kostelijken arbeid;17 zodat alle hoogheid der mensen vernederd en alle trotschheid der lieden gebogen worde, en de Heer alleen hoog zij in dien tijd.18 En met de afgoden zal het geheel uit zijn.19 Dan zal men in de holen der steenrotsen gaan en in de kloven der aarde voor den schrik des Heren en voor zijne heerlijke majesteit, wanneer Hij zich opmaken zal om de aarde te verschrikken.20 In dien tijd zal ieder zijne zilveren en gouden afgoden, die hij zich had laten maken om ze te aanbidden, wegwerpen in de holen der mollen en voor de vledermuizen,21 om te gaan in de reten en kloven der steenrotsen, voor den schrik des Heren en voor zijne heerlijke majesteit, wanneer Hij zich opmaken zal om de aarde te verschrikken.22 Zo laat nu af van den mens, in wiens neus adem is; want hoe hoog is hij te achten?

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile