the Fourth Week of Advent
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
Exodus 35
1 En Mozes verzamelde de gehele gemeente der kinderen Israls, en sprak tot hen: Dit is het wat de Heer geboden heeft, dat gij zult doen.2 Zes dagen zult gij arbeiden, maar den zevenden dag zult gij heilig houden; het is de sabbat, de dag der rust des Heren; al wie daarop arbeidt zal sterven.3 Gij zult in geen van uwe woningen vuur aansteken op den sabbatdag.4 En Mozes sprak tot de gehele gemeente der kinderen Israls: Dit is het wat de Heer geboden heeft:5 Geeft elk den Heer een hefoffer, zodat een ieder het hefoffer des Heren vrijwillig brenge: goud, zilver, koper,6 blauw en rood purper, scharlaken, kostelijk wit linnen en geitenhaar,7 roodvervige ramsvellen, dassenvellen en cederhout,8 olie voor de lamp, en specerijen tot zalfolie en tot goed reukwerk;9 onyx en ingezette stenen voor den lijfrok en voor den borstlap.10 En wie onder u schrander is, kome en make hetgeen de Heer geboden heeft:11 namelijk de woning, benevens hare tent en bedeksel, ringen, stijlen, stangen, pilaren en voetstukken;12 de ark met hare handbomen; het verzoendeksel en het voorhangsel;13 de tafel met hare handbomen en al haar gereedschap, en de toonbroden;14 den kandelaar om te lichten, en zijn gereedschap, en zijne lampen, en de olie voor het licht;15 het reukaltaar met zijne handbomen, de zalfolie en specerijen tot het reukwerk; het behangsel der deur aan den ingang der woning;16 het brandofferaltaar met zijn koperen traliewerk, zijne handbomen en al zijn gereedschap; het waschvat met zijn voetstuk;17 het omhangsel des voorhofs met zijne pilaren en voetstukken, en het behangsel aan den ingang des voorhofs;18 de nagels der woning en des voorhofs met hare touwen;19 de klederen des ambts tot den dienst in het heilige, de heilige klederen van den priester Aron met de klederen zijner zonen, tot het priesterschap.
20 Toen ging de gehele gemeente der kinderen Israls uit van Mozes;21 en allen, die het gaarne en vrijwillig gaven, kwamen en brachten den Heer het hefoffer voor het werk van de tent der samenkomst, en voor al haren dienst, en voor de heilige klederen.22 En beiden, man en vrouw, brachten vrijwillig haken, oorringen, ringen, en hoofdsieraden, en allerlei goud en gereedschap; daarenboven bracht ieder den Heer goud tot een beweegoffer.23 En wie bij zich vond blauw en rood purper, scharlaken, wit linnen, geitenhaar, roodachtige ramsvellen en dassenvellen bracht het.24 En wie zilver en koper offerde, bracht het den Heer tot een hefoffer; en wie cederhout bij zich vond, bracht het tot allerlei werk van den dienst.25 En alle vrouwen, die schrander waren, werkten met hare handen, en brachten haar werk van blauw en rood purper, van scharlaken en wit linnen.26 En alle vrouwen, die zulken arbeid verstonden en gewillig daartoe waren, sponnen het geitenhaar.27 De vorsten nu brachten onyx en ingezette stenen voor den lijfrok en voor den borstlap,28 en specerijen en olie voor het licht, en voor de zalfolie, en voor goed reukwerk.29 Alzo brachten de kinderen Israls vrijwillig, beiden man en vrouw, voor allerlei werk, hetgeen de Heer door Mozes geboden had te maken.
30 En Mozes sprak tot de kinderen Israls: Ziet, de Heer heeft bij name geroepen Bezalel, den zoon van Uri, den zoon van Hur, uit den stam van Juda,31 en heeft hem vervuld met den Geest Gods, opdat hij wijs, schrander en geschikt zij tot allerlei werk;32 om kunstig te arbeiden in goud, zilver en koper,33 edelgesteenten te snijden en in te zetten, hout te timmeren, en allerlei kunstigen arbeid te verrichten;34 en heeft hem ook in zijn hart gegeven, om anderen te onderwijzen, hem en Aholiab, Ahisamachs zoon, uit den stam van Dan.35 Hij heeft hun het hart met wijsheid vervuld, om allerlei werk te maken, te snijden, te werken en te borduren met blauw en rood purper, scharlaken en wit linnen, en om te weven, opdat zij allerlei werk maken en kunstigen arbeid uitvinden.