Lectionary Calendar
Friday, November 22nd, 2024
the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Attention!
Tired of seeing ads while studying? Now you can enjoy an "Ads Free" version of the site for as little as 10¢ a day and support a great cause!
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Lutherse Vertaling

Esther 5

1 En op den derden dag trok Ester haar koninklijk gewaad aan, en trad binnen in het voorhof van het huis des konings, tegenover des konings woning; en de koning zat op zijnen koninklijken troon, in het koninklijk verblijf, tegenover de deur van het huis.2 En toen de koning koningin Ester in het voorhof zag staan, vond zij genade in zijne ogen, en de koning strekte den gouden schepter in zijne hand tot Ester uit; toen trad Ester nader en raakte de spits des schepters aan.3 En de koning sprak tot haar: Wat is u, koningin Ester, en wat begeert gij? Al was het de helft des koninkrijks, het zal u gegeven worden.4 Toen zeide Ester: Indien het den koning behaagt, zo kome de koning met Haman heden tot den maaltijd, dien ik bereid heb.5 En de koning zeide: Haast u, dat Haman doe hetgeen Ester gezegd heeft. Toen nu de koning en Haman tot den maaltijd kwamen, dien Ester bereid had,6 sprak de koning tot Ester, toen hij wijn gedronken had: Wat verzoekt gij? Het zal u gegeven worden; en wat begeert gij? Al was het de helft des koninkrijks, het zal geschieden.7 Toen antwoordde Ester en sprak: Mijne bede en begeerte is:8 indien ik genade gevonden hebt bij den koning, en zo het den koning behaagt mij mijne bede te geven en mijne begeerte te doen, zo kome de koning met Haman tot den maaltijd, dien ik voor hem ook morgen bereiden zal, zo zal ik doen hetgeen de koning gezegd heeft.

9 Toen ging Haman op dien dag uit, vrolijk en welgemoed; en toen hij Mordechai in de poort des konings zag, dat hij voor hem niet opstond, noch zich verroerde, werd hij vol toorn tegen Mordechai.10 Maar hij bedwong zich; en toen hij tehuis kwam, zond hij heen en liet zijne vrienden halen, en zijne huisvrouw Zeres;11 en hij verhaalde hun de heerlijkheid zijns rijkdoms, en de menigte zijner kinderen, en alles, hoe de koning hem zo groot gemaakt had, en dat hij boven de vorsten en knechten des konings verheven was.12 Ook sprak Haman: Zelfs koningin Ester heeft niemand laten komen met den koning tot den maaltijd, dien zij bereid heeft, dan mij; en ik ben ook morgen met den koning bij haar genodigd.13 Doch in dit alles heb ik geen genoegen, zolang ik den Jood Mordechai in des konings poort zie zitten.14 Toen sprak zijne huisvrouw Zeres tot hem, benevens alle vrienden: Men make een boom, vijftig el hoog; en zeg morgen tot den koning, dat men Mordechai daaraan ophange; zo zult gij met den koning vrolijk tot den maaltijd komen. Dit beviel Haman, en hij liet een boom gereedmaken.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile