Lectionary Calendar
Friday, November 22nd, 2024
the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Attention!
Tired of seeing ads while studying? Now you can enjoy an "Ads Free" version of the site for as little as 10¢ a day and support a great cause!
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Lutherse Vertaling

Daniël 7

1 In het eerste jaar van Belsazar, den koning van Babel, had Danil een droom en gezichten op zijn leger; en hij schreef dien droom op en vermeldde hem aldus:2 Ik, Danil, zag een gezicht in den nacht, en zie, de vier winden des hemels stormden tegen elkander op de grote zee.3 En vier grote dieren klommen op uit de zee, het ene anders dan het andere;4 het eerste was als een leeuw en had vleugels als van een arend; ik zag toe, totdat zijne vleugels waren uitgeplukt, en het werd van de aarde opgenomen en het stond op zijne voeten als een mens en aan hetzelve werd een mensenhart gegeven.5 En zie, het tweede dier daarna was als een beer en stond op de ene zijde en het had in zijnen muil tussen zijne tanden drie grote lange tanden; en men zeide tot hem: Sta op en eet veel vlees.6 Na dezen zag ik, en zie, een ander dier, als een luipaard, het had vier vleugels, gelijk van een vogel, op zijnen rug; en dit dier had vier hoofden, en aan hetzelve werd heerschappij gegeven.7 Na dezen zag ik in dit gezicht bij nacht en zie, het vierde dier was gruwelijk en verschrikkelijk en zeer sterk en het had grote ijzeren tanden, het at rondom en verbrijzelde en het overige vertrad het met zijne voeten; het was ook geheel anders dan het overige, en het had tien hoornen.8 Toen ik nu de hoornen aanzag, zie, toen kwam een andere kleine hoorn daartussen op, door welken drie der vorige hoorns werden uitgerukt; en zie, die hoorn had ogen als mensenogen en een mond, die grote dingen sprak.

9 Dit zag ik, totdat er tronen gezet werden, en de Onvergankelijke van dagen zette zich neder; diens kleed was wit als sneeuw en het haar op zijn hoofd als reine wol; vlammend vuur was zijn troon, waarvan de raderen brandden van vuur;10 en van Hem ging een lange vurige straal uit, duizendmaal duizend dienden hem en tienduizendmaal tienduizend stonden Vr Hem; het gericht werd gehouden en de boeken werden geopend.11 Toen zag ik toe, wegens de grootsprekende woorden, die deze hoorn sprak; ik zag toe, totdat dit dier gedood werd en zijn lichaam vernield en in het vuur geworpen werd;12 ook aan de overige dieren werd hunne heerschappij ontnomen; want tijd en uur was hun bestemd, hoelang elk zou duren.13 Ik zag in dit gezicht des nachts, en zie, er kwam een in de wolken des hemels, als eens mensen zoon, tot den Onvergankelijke van dagen, en14 hij werd Vr Hem gebracht: en die gaf hem heerschappij, eer en het rijk, dat alle volken, natin en tongen hem zouden dienen; zijn heerschappij is eeuwig en vergaat nooit en zijn koninkrijk heeft geen einde.

15 Ik, Danil, ontzette mij daarover en dat gezicht verschrikte mij.16 En ik ging tot een dergenen, die daar stonden, en bad hem, dat hij mij van dat alles een zeker bericht zou geven; en hij sprak tot mij en gaf mij te kennen wat het beduidde:17 Deze vier grote dieren zijn vier rijken, die op de aarde zullen komen.18 Maar de heiligen des Hoogsten zullen het rijk innemen en zullen het altoos en eeuwiglijk bezitten.19 Daarna verlangde ik naar een zeker bericht aangaande het vierde dier, dat geheel anders was dan al de anderen, dat verschrikkelijke, dat ijzeren tanden en koperen klauwen had, dat rondom zich at en verbrijzelde en het overige met zijne voeten vertrad;20 en aangaande de tien horens op zijn hoofd en dien anderen, die voortkwam, door welken er drie afvielen, dien hoorn namelijk, die ogen had en een mond, die grote dingen sprak en groter was dan die nevens hem waren.21 En ik zag dien hoorn strijden tegen de heiligen en hij behaalde de overwinning op hen,22 totdat de Onvergankelijke van dagen kwam en het gericht hield voor de heiligen des Hoogsten, en de tijd kwam, dat de heiligen het rijk innamen.23 Toen sprak hij aldus: Het vierde dier zal het vierde rijk zijn op aarde, hetwelk machtiger zal zijn dan alle rijken; het zal alle landen verslinden, vertreden en verbrijzelen.24 De tien horens beduiden tien koningen, die uit dat rijk zullen opstaan; maar na hen zal een ander opkomen, die zal machtiger zijn dan een der vorige, en zal drie koningen vernederen.25 Hij zal den Hoogste lasteren, en de heiligen des Hoogsten verdrukken, en hij zal zich onderstaan om de tijden en de wet te veranderen, en zij zullen in zijne hand overgegeven worden voor een tijd en twee tijden en een halve tijds.26 Daarna zal het gericht gehouden worden; dan zal men zijne heerschappij wegnemen, dat hij voor goed verdelgd en vernield worde.27 Maar het rijk, de heerschappij en de macht onder den gehelen hemel zal aan het heilige volk des Hoogsten gegeven worden, wiens rijk eeuwig is, en alle heerschappijen zullen Hem dienen en gehoorzamen.28 Dit was het einde dezer rede. Ik, Danil, nu werd zeer bedroefd door mijne gedachten en mijne gedaante verviel; echter behield ik dat woord in mijn hart.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile