Lectionary Calendar
Sunday, November 24th, 2024
the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Attention!
StudyLight.org has pledged to help build churches in Uganda. Help us with that pledge and support pastors in the heart of Africa.
Click here to join the effort!

Read the Bible

Gereviseerde Leidse Vertaling

Psalmen 50

1 Een psalm van Azaf. De godheid, God, de Heer, heeft gesproken, de aarde geroepen van den opgang der zon tot haar ondergang;2 uit Sion, het toppunt van schoonheid, is God in lichtglans verschenen.3 Onze God komt en kan niet zwijgen; vuur gaat verterend voor hem uit, rondom hem stormt het hevig.4 Hij roept den hemel daarboven toe, en de aarde, dat hij zijn volk wil richten:5 Vergadert mij mijn vromen, die met mij onder offers het verbond sluiten. --6 De hemelen verkondigen zijn gerechtigheid; want God, hij is rechter.

7 Hoor, mijn volk, dat ik spreke, Israel, dat ik u vermane; God, uw God, ben ik.8 Ik verwijt u niets aangaande uw offeranden, uw brandoffers zijn mij voortdurend voor ogen.9 Ik behoef uit uw huis geen stier te nemen, noch bokken uit uw stallen;10 want mij behoort al het gedierte des wouds, de beesten op de bergen Gods;11 ik ken al de vogels van het gebergte, en wat zich beweegt over het veld staat mij voor den geest.12 Indien ik honger had, ik zou het u niet zeggen; want mij behoort het aardrijk en zijn volheid.13 Zou ik stierevlees eten, of bokkenbloed drinken?14 Offer Gode lof, betaal den Allerhoogste uw geloften,15 en roep mij aan ten dage der benauwdheid; ik zal u redden, en gij zult mij eren.

16 Maar tot den boze zegt God: Wat vermeet gij u mijn inzettingen op te sommen? en hoe kunt gij mijn verbond op de lippen nemen?17 En dat terwijl gij de tucht haat en mijn woorden achter u werpt!18 Ziet gij een dief, dan loopt gij met hem mede, en met overspelers maakt gij gemene zaak.19 Gij laat uw mond los in slechtheid, en uw tong knoopt bedrog aaneen.20 Daar zit gij kwaad te spreken van uw broeder, en geeft een duw aan den zoon uwer moeder!21 Dewijl ik, toen gij die dingen deedt, zweeg, waant gij dat ik aan u gelijk ben. Ik zal met scherp verwijt voor uw ogen de zaak uiteenzetten.22 Let toch hierop, Godvergeters! opdat ik niet verscheure zonderdat iemand redt.23 Wie lof offert zal mij eren, en wie deugdzaam wandelt, ik zal hem Gods heil doen zien.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile