Lectionary Calendar
Sunday, November 24th, 2024
the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Attention!
Tired of seeing ads while studying? Now you can enjoy an "Ads Free" version of the site for as little as 10¢ a day and support a great cause!
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Leidse Vertaling

Ezechiël 9

1 Een machtige stem weerklonk in mijn oren: De kastijders der stad zijn nabijgekomen, ieder met zijn werktuig des verderfs in de hand.2 En zie, daar kwamen zes mannen van den kant der naar het noorden gekeerde Bovenpoort, ieder met zijn knots in de hand, in hun midden een, in linnen gekleed, met een schrijfkoker aan zijn middel; zij kwamen en gingen naast het koperen altaar staan.3 Inmiddels was de heerlijkheid van den god Israels van den cherub, waarop zij zat, opgerezen en naar den drempel van den tempel gegaan. Daar riep hij tot den in linnen gekleeden man die den schrijfkoker aan zijn middel droeg.4 De Heer zeide tot hem: Trek midden door de stad, midden door Jeruzalem, en zet een teken op het voorhoofd der mannen die zuchten en stenen over al de afschuwelijkheden die in haar midden bedreven worden.

5 En tot de anderen zeide hij te mijnen aanhoren: Trekt achter hem de stad door en velt neer! Verschoont niet en spaart niet.6 Grijsaard, jongeling, maagd, kind en vrouw--slaat ze dood ten verderve. Maar roert niemand aan op wien het teken staat. Begint bij mijn heiligdom! Zo begonnen zij met de mannen die voor den tempel stonden.7 Daarop zeide hij tot hen: Verontreinigt den tempel; vult de voorhoven met verslagenen; gaat dan naar buiten, en velt neer in de stad.8 Toen zij nu bezig waren met neervellen, viel ik op mijn aangezicht, schreeuwde het uit en zeide: Ach, Heere God! Gaat gij het gehele overschot van Israel verderven, als gij uw gramschap over Jeruzalem uitstort?9 Hij zeide tot mij: De schuld van het huis Israel en Juda is zeer, zeer groot: het land is vol geweldenarij, de stad vol onreinheid; want zij zeggen: De Heer heeft het land verlaten, en de Heer ziet het niet.10 Zo zal ik dan ook verschoonen noch sparen, maar hun wandel op hun eigen hoofd doen neerkomen.11 En zie, daar kwam de man die in linnen gekleed was en den koker aan zijn middel droeg bescheid brengen met de woorden: Ik heb gedaan naar wat gij mij geboden hebt.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile