the Fourth Week of Advent
Click here to learn more!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
Psalmen 136
1 Looft den Heer, want Hij is goed, want zijne goedheid duurt eeuwig.2 Looft den God aller goden, want zijne goedheid duurt eeuwig.3 Looft den Heer aller heren, want zijne goedheid duurt eeuwig;4 die alleen wonderen doet, want zijne goedheid duurt eeuwig;5 die de hemelen met wijsheid gemaakt heeft, want zijne goedheid duurt eeuwig;6 die de aarde over het water uitgebreid heeft, want zijne goedheid duurt eeuwig;7 die grote lichten gemaakt heeft, want zijne goedheid duurt eeuwig;8 de zon om den dag te besturen, want zijne goedheid duurt eeuwig;9 de maan en de sterren om den nacht te besturen, want zijne goedheid duurt eeuwig.
10 Die Egypte sloeg in hare eerstgeborenen, want zijne goedheid duurt eeuwig,11 en Isral daaruit leidde, want zijne goedheid duurt eeuwig12 door een machtige hand en een uitgestrekten arm, want zijne goedheid duurt eeuwig;13 die de Schelfzee in twee delen deelde, want zijne goedheid duurt eeuwig,14 en Isral daardoor liet gaan, want zijne goedheid duurt eeuwig;15 die Farao en zijn heir in de Schelfzee stortte, want zijne goedheid duurt eeuwig;16 die zijn volk leidde door de woestijn, want zijne goedheid duurt eeuwig;17 die grote koningen sloeg, want zijne goedheid duurt eeuwig,18 en machtige koningen doodde, want zijne goedheid duurt eeuwig:19 Sihon, den koning der Amorieten, want zijne goedheid duurt eeuwig,20 en Og, den koning van Basan, want zijne goedheid duurt eeuwig,21 en hun land tot een erfdeel gaf, want zijne goedheid duurt eeuwig,22 tot een erfdeel aan zijnen knecht Isral, want zijne goedheid duurt eeuwig
23 die aan ons gedacht, toen wij onderdrukt waren, want zijne goedheid duurt eeuwig,24 en ons verloste van onze vijanden, want zijne goedheid duurt eeuwig;25 die spijs geeft aan alle vlees, want zijne goedheid duurt eeuwig.26 Looft den God des hemels, want zijne goedheid duurt eeuwig.