the Fourth Week of Advent
free while helping to build churches and support pastors in Uganda.
Click here to learn more!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
Mattheüs 4
1 Toen werd Jezus door den Geest heengeleid in de woestijn, om door den duivel verzocht te worden.2 En toen hij veertig dagen en veertig nachten gevast had, hongerde hem.3 En de verzoeker trad tot hem en zeide: Zijt gij Gods Zoon, zo zeg, dat deze stenen brood worden.4 Doch hij antwoordde en zeide: Er staat geschreven: "De mens leeft niet van brood alleen, maar van elk woord dat door den mond Gods uitgaat".5 Toen voerde de duivel hem met zich in de heilige stad, en stelde hem op de tinne des tempels,6 en zeide tot hem: Zijt gij Gods Zoon, zo werp u nederwaarts; want er staat geschreven: "Hij zal wegens u zijn Engelen bevelen, en zij zullen u op de handen dragen, opdat gij uwen voet niet aan een steen stoot".7 Doch Jezus zeide tot hem: Wederom staat er geschreven: "Gij zult God, uwen Heer, niet verzoeken".8 Wederom voerde de duivel hem met zich op een zeer hogen berg, en toonde hem al de koninkrijken der wereld en hunne heerlijkheid,9 en zeide tot hem: Dit alles zal ik u geven, indien gij nedervalt en mij aanbidt.10 Toen zeide Jezus tot hem: Ga weg van mij, satan! want er staat geschreven: "Gij zult God, uwen Heer, aanbidden en Hem alleen dienen".11 Toen verliet hem de duivel; en zie, toen traden Engelen tot hem en dienden hem.
12 Toen nu Jezus hoorde, dat Johannes overgeleverd was, vertrok hij naar Galila,13 en verliet de stad Nazaret, en kwam en woonde te Kapernam, hetwelk ligt aan de zee, binnen de landpalen van Zebulon en Naftali;14 opdat vervuld werd hetgeen gezegd is door den profeet Jesaja, zeggende:15 "Het land Zebulon en het land Naftali, aan den weg der zee, aan gene zijde van den Jordaan, het heidense Galila;16 het volk, dat in de duisternis zat, heeft een groot licht gezien, en hun, die in de landstreek en schaduw des doods zaten, is een licht opgegaan".17 Van dien tijd af begon Jezus te prediken, en te zeggen: Doet boete, het hemelrijk is nabij gekomen.
18 Toen nu Jezus aan de Galilese zee wandelde, zag hij twee broeders, Simon, genaamd Petrus, en Andras, zijnen broeder, die hun net in zee uitwierpen, want zij waren visschers.19 En hij zeide tot hen: Volgt mij; k zal u tot mensenvissers maken.20 En terstond verlieten zij hunne netten en volgden hem.21 En toen hij van daar voortging, zag hij twee andere broeders, Jakobus, den zoon van Zebedes, en Johannes, zijnen broeder, in het schip met hunnen vader Zebedes hunne netten verstellende; en hij riep hen.22 Terstond verlieten zij het schip en hunnen vader, en volgden hem.
23 En Jezus ging alom in geheel Galila en leerde in hunne synagogen, en predikte het evangelie van het rijk, en genas allerlei ziekte en kwaal onder het volk.24 En het gerucht van hem verspreidde zich in geheel Syri; en zij brachten tot hem allerlei kranken, met menigerlei ziekten en kwalen bezocht, bezetenen, maanzuchtigen, en verlamden; en hij genas hen.25 En veel volk volgde hem uit Galila, uit Dekpolis, uit Jeruzalem, uit Juda, en van gene zijde van den Jordaan.