the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
Genesis 10
1 Dit is het geslacht der kinderen van Noach: Sem, Cham en Jafeth; en zij verwekten kinderen na den zondvloed.2 De kinderen van Jafeth zijn deze: Gomer, Magog, Madai, Javan, Tubal, Mesech en Tiras.3 En de kinderen van Gomer zijn deze: Askenaz, Rifath en Togarma.4 De kinderen van Javan zijn deze: Elisa, Tarsis, Kittim en Dodanim.5 Van deze zijn bevolkt de eilanden der heidenen in hunne landen, elk naar zijn spraak, geslacht en lieden.
6 De kinderen van Cham zijn deze: Kus, Mizram, Put en Kanan.7 En de kinderen van Kus zijn deze: Seba, Havila, Sabta, Rama, en Sabtecha. En de kinderen van Rama zijn deze: Scheba en Dedan.8 En Kus verwekte Nimrod, die begon een geweldenaar te zijn op aarde;9 en hij was een geweldig jager voor den Heer. Vandaar zegt men: Dat is een geweldig jager voor den Heer, gelijk Nimrod.10 En het begin zijns rijks was Babel, Erech, Akkad en Kaln in het land Sinear.11 Uit dat land is daarna Assur gekomen, en bouwde Nineve en Rehoboth, Ir en Kalah;12 daarenboven Resen, tussen Nineve en Kalah: dat is ene grote stad.13 Mizram verwekte Ludim, Anamim, Lehabim, Naftuhim,14 Pathrusim en Kasluhim: vandaar zijn gekomen de Filistim en Kaftorim.
15 En Kanan verwekte Sidon, zijnen eersten zoon, en Heth,16 Jebusi, Amori, Girgasi,17 Hevi, Arki, Sini,18 Arvadi, Zemari en Hamathi; daarvan zijn uitgebreid de geslachten der Kananieten.19 En hunne landpalen waren van Sidon af, door Gerar, tot Gaza toe, tot men komt naar Sodom, Gomorra, Adama en Zebom, tot Lasa toe.20 Deze zijn de kinderen van Cham, naar hunne geslachten, spraken, landen en lieden.
21 Sem nu, de oudere broeder van Jafeth, verwekte k kinderen; deze is de vader van al de kinderen van Heber.22 En zijne kinderen zijn deze: Elam, Assur, Arpachsad, Lud en Aram.23 En de kinderen van Aram zijn deze: Uz, Hul, Gether en Mas.24 En Arpachsad verwekte Selah; Selah verwekte Heber.25 Heber verwekte twee zonen, de n genaamd Peleg, omdat in zijnen tijd de wereld verdeeld werd; diens broeder heette Joktan.26 En Joktan verwekte Almodad, Selef, Hazarmveth, Jerah,27 Hadoram, Uzal, Dikla,28 Obal, Abimal, Scheba,29 Ofir, Havila en Jobab: deze allen zijn kinderen van Joktan.30 En hunne woning was van Mesa af tot men komt naar Sefar, aan het gebergte tegen het oosten.31 Deze zijn de kinderen van Sem, naar hunne geslachten, spraken, landen en lieden.32 Deze nu zijn de nakomelingen van Noachs kinderen, naar hunne geslachten en volken; van deze zijn uitgebreid de volken op de aarde na den zondvloed.