the Fourth Week of Advent
Click here to learn more!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
Galaten 1
1 Paulus, een apostel, niet van mensen, ook niet door een mens, maar door Jezus Christus en God den Vader, die hem opgewekt heeft uit de doden,2 --en al de broeders die bij mij zijn, aan de gemeenten in Galati:3 Genade zij met u en vrede van God, den Vader, en van onzen Heere Jezus Christus,4 die zichzelven gegeven heeft voor onze zonden, opdat hij ons verlossen zou van deze tegenwoordige boze wereld, naar den wil, van onzen God en Vader,5 wien ere zij van eeuwigheid tot eeuwigheid! Amen.
6 Ik verwonder mij, dat gij u zo schielijk laat afwenden van hem, die u geroepen heeft in de genade van Christus, tot een ander Evangelie,7 daar er immers geen ander is; maar er zijn sommigen, die u verwarren en het Evangelie van Christus willen veranderen.8 Doch al ware het ook, dat wij, of een Engel van den hemel u een ander Evangelie prediken zou dan hetgeen wij u gepredikt hebben, die zij vervloekt!9 Gelijk wij te voren gezegd hebben, zo zeg ik ook nu wederom: indien iemand u een ander Evangelie predikt dan hetgeen gij ontvangen hebt, hij zij vervloekt!
10 Want tracht ik ook nu mensen voor mij te winnen, of God! Of zoek ik mensen te behagen? Indien ik nog mensen zocht te behagen, zo was ik Christus' dienstknecht niet.11 Want ik maak u bekend, broeders, dat het Evangelie, hetwelk door mij gepredikt is, niet is naar den mens;12 want ik heb het van geen mens ontvangen, noch geleerd, maar door openbaring van Jezus Christus.13 Want gij hebt immers wel gehoord van mijnen vorigen wandel in het Jodendom, dat ik bovenmate Gods gemeente vervolgde en verwoestte,14 en dat ik mij onderscheidde in het Jodendom, boven velen van mijnen leeftijd in mijn geslacht, en bovenmate ijverde voor de vaderlijke instellingen.15 Maar toen het Gode behaagde, die mij van den moederschoot af heeft afgezonderd en geroepen door zijne genade,16 dat Hij zijnen Zoon in mij openbaarde, opdat ik hem door het Evangelie verkondigen zou onder de heidenen, ben ik niet terstond met vlees en bloed te rade gegaan,17 en ging ook niet naar Jeruzalem tot degenen, die Vr mij apostelen waren, maar trok heen naar Arabi en keerde wederom naar Damaskus.18 Daarna kwam ik, na drie jaren, te Jeruzalem om Petrus te leren kennen en bleef vijftien dagen bij hem;19 maar ik zag geen ander van de apostelen dan Jakobus, den broeder des Heren.20 Hetgeen ik u schrijf, zie, God weet, dat ik niet lieg.21 Daarna kwam ik in de gewesten van Syri en Cicili.22 En ik was van aangezicht onbekend bij de Christelijke gemeenten in Juda;23 maar zij hadden alleen gehoord: Hij, die ons eertijds vervolgde, predikt nu het geloof, hetwelk hij eertijds verwoestte.24 En zij prezen God over mij.