the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
2 Petrus 3
1 Geliefden, dit is de tweede brief, dien ik u schrijf, in welke beide ik uwe loutere gezindheid door vermaning opwek,2 opdat gij gedenkt aan de woorden, die u te voren gezegd zijn door de heilige profeten, en aan het gebod van den Heer en Heiland, door uwe apostelen verkondigd;
3 dit allereerst wetende, dat in de laatste dagen spotters zullen komen, die naar hunne eigene lusten wandelen,4 en zeggen: Waar is de belofte zijner toekomst? Want nadat de vaderen ontslapen zijn, blijven alle dingen gelijk zij van het begin der schepping geweest zijn!5 Maar moedwillig willen zij niet weten, dat door het woord van God de hemel van ouds af geweest is, insgelijks de aarde, uit water en in het water ontstaande,6 door welke de wereld te dier tijd, met water overstroomd, vergaan is.7 Alzo worden ook de hemel, die nu is, en de aarde door zijn woord gespaard, opdat zij ten vure bewaard worden tegen den dag des oordeels en der verdoemenis der goddeloze mensen.
8 Maar n ding zij u niet verborgen, geliefden, dat voor den Heer n dag is als duizend jaren, en duizend jaren zijn als n dag.
9 De Heer stelt de belofte niet uit, gelijk sommigen het voor een uitstel houden, maar heeft lankmoedigheid met u, daar hij niet wil, dat iemand verloren ga, maar dat allen zich tot boete keren.10 Maar de dag des Heren zal komen als een dief in den nacht; op welken de hemelen met gedruis zullen voorbijgaan, en de elementen van hitte zullen smelten, en de aarde en de werken, die daarin zijn, verbranden zullen.
11 Daar nu dit alles zal vergaan, hoedanig behoort gijlieden dan te zijn in heiligen wandel en in godzaligheid,12 verwachtende en verhaastende de toekomst van den dag Gods, op welken de hemelen door vuur zullen vergaan en de elementen van hitte ver smelten.13 Maar wij verwachten een nieuwen hemel en ene nieuwe aarde, naar zijne belofte, in welke gerechtigheid woont.14 Daarom, geliefden, dewijl gij dit verwacht, benaarstigt u, dat gij onbevlekt en onberispelijk door hem bevonden wordt in vrede;15 en acht de lankmoedigheid onzes Heren uwe zaligheid, gelijk ook onze geliefde broeder Paulus, naar de wijsheid die hem gegeven is, u geschreven heeft,16 gelijk ook in alle brieven, als hij daarin over deze dingen spreekt, onder welke sommige moeilijk zijn om te verstaan, welke de ongeleerden en onstandvastigen verdraaien, alsook de andere Schriften, tot hun eigen verderf.17 Gij dan, geliefden, dewijl gij dit te voren weet, zo wacht u, dat gij niet door de dwaling der zedeloze lieden u laat medeslepen, en uit uwe eigene vastheid valt;18 maar wast in de genade en kennis van onzen Heer en Zaligmaker Jezus Christus. Hem zij eer, n nu n tot den dag der eeuwigheid! Amen.