the Fourth Week of Advent
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
1 Korinthiërs 8
1 Van het afgodenoffer nu weten wij, daar wij allen kennis hebben. --De kennis maakt opgeblazen, maar de liefde sticht.2 Zo iemand meent iets te kennen, hij kent nog niet, gelijk hij behoort te kennen;3 maar zo iemand God liefheeft, die is door Hem gekend.
4 Zo weten wij nu van de spijs des afgodenoffers, dat een afgod niets is in de wereld, en dat er geen ander God is dan de enige.5 En hoewel er zijn, die goden genoemd worden, hetzij in den hemel of op de aarde, --gelijk er vele goden en vele heren zijn--6 zo hebben wij nochtans maar nen God, den Vader, van wien alle dingen zijn, en wij tot hem; en nen Heer, Jezus Christus, door wien alle dingen zijn, en wij door hem.
7 Maar iedereen heeft de kennis niet; want sommigen, tot nog toe gewoon met de afgoden gemeenschap te hebben, eten het als afgodenoffer; en hun geweten, dat zwak is, wordt bevlekt.8 De spijs nu beveelt ons niet aan bij God. Eten wij, wij zullen daarom niet beter zijn; eten wij niet, wij zullen daarom niet minder zijn.9 Maar ziet toe, dat deze uwe vrijheid den zwakken niet tot een aanstoot worde.10 Want zo iemand u, die de kennis hebt, aan tafel ziet zitten in een afgodstempel, wordt dan zijn geweten, dat zwak is, niet verleid om het afgodenoffer te eten?11 En alzo zal de zwakke broeder wegens uwe kennis verloren gaan, om wiens wil nochtans Christus gestorven is.12 Maar indien gij alzo tegen de broeders zondigt, en hun zwak geweten kwetst, zondigt gij tegen Christus.13 Daarom, indien de spijs mijnen broeder ergerde, zou ik nimmermeer vlees eten, opdat ik mijnen broeder niet ergerde.