the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Click here to learn more!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
1 Korinthiërs 4
1 Daarvoor houde ons een ieder, namelijk voor Christus' dienaars en huishouders over Gods verborgenheden.2 Nu zoekt men niet meer aan de huishouders, dan dat zij getrouw bevonden worden.3 Maar het is mij iets gerings, dat ik door u geoordeeld worde, of door een menselijk gericht; ook oordeel ik mijzelven niet.4 Ik ben mij wel niets bewust, doch daardoor ben ik niet gerechtvaardigd; maar de Heer is het, die mij oordeelt.5 Daarom oordeelt niet Vr den tijd, totdat de Heer komt, die ook aan het licht zal brengen wat in het duister verborgen is, en de overleggingen der harten openbaren: alsdan zal aan ieder van God lof wedervaren.6 Dit nu, broeders, heb ik op mijzelven en Apollos toegepast om uwentwil, opdat gij aan ons zoudt leren, dat niemand hoger over zichzelven denke dan hetgeen geschreven is; opdat niet de een tegen den ander zich om iemands wil opblaze.
7 Want wie heeft u voorgetrokken? En wat hebt gij, dat gij niet ontvangen hebt? En zo gij het ontvangen hebt, wat beroemt gij u dan, alsof gij het niet ontvangen hadt?8 Gij zijt alreeds verzadigd, gij zijt alreeds rijk geworden, gij heerst zonder ons; en och, dat gij heerschtet, opdat ook wij met u heersen mochten!9 Want ik acht, dat God ons, apostelen, als de allergeringsten heeft gesteld, als tot den dood bestemd; want wij zijn een schouwspel geworden voor de wereld, voor de engelen en de mensen.10 Wij zijn dwaas om Christus wil, maar Gj zijt wijs in Christus; Wj zwak, maar Gj sterk; Gj in ere, maar Wj veracht.11 Tot op deze ure lijden wij honger en dorst, en zijn naakt, en worden geslagen, en hebben geen vaste woonplaats,12 en arbeiden, en werken met onze eigene handen; men scheldt ons en wij zegenen, men vervolgt ons en wij verdragen het,13 men lastert ons en wij bidden; wij zijn als het uitvaagsel der wereld geworden, aller voetwis tot nu toe.
14 Dit schrijf ik niet om u te beschamen, maar ik vermaan u als mijne geliefde kinderen.15 Want al hadt gij tien duizend leermeesters in Christus, zo hebt gij toch niet vele vaders; want ik heb u verwekt in Christus Jezus door het evangelie.16 Daarom vermaan ik u: zijt mijne navolgers!
17 Om dezelfde reden heb ik Timothes tot u gezonden, die mijn geliefde en getrouwe zoon is in den Heer, opdat hij u indachtig make mijne wegen, die in Christus Jezus zijn, gelijk ik overal in alle gemeenten leer.18 Sommigen zijn wel opgeblazen, alsof ik tot u niet zou komen;19 maar ik zal binnenkort tot u komen, zo de Heer wil, en zal vernemen niet de woorden dergenen die opgeblazen zijn, maar de kracht;20 want het rijk Gods bestaat niet in woorden, maar in kracht.21 Wat wilt gij? zal ik met de roede tot u komen, of met liefde en een zachtmoedigen geest?