Lectionary Calendar
Sunday, November 24th, 2024
the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Attention!
For 10¢ a day you can enjoy StudyLight.org ads
free while helping to build churches and support pastors in Uganda.
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Leidse Vertaling

Jeremia 9

1 Och of mijn hoofd water ware, en mijn oog een tranenbron, opdat ik dag en nacht kon wenen over de verslagenen der dochter mijns volks!2 Och of ik ware in de woestijn, in een herberg van karavanen, dat ik mijn volk kon verlaten, van hen heengaan; want het zijn allen overspelers, een trouweloos rot.3 Zij gebruiken hun tong als een boog; op valse, niet op eerlijke, wijze oefenen zij macht in den lande; want van boosheid tot boosheid gaan zij voort, en aan mij storen zij zich niet, spreekt de Heer.4 Weest op uw hoede tegen elkander, en vertrouwe niemand zijn broeder; want elke broeder is een volleerde bedrieger, en iedere vriend een onruststoker;5 de een leidt den ander om den tuin, waarheid spreken zij niet, hun tong hebben zij gewend aan leugentaal; slecht handelen zij en zij zijn te traag om zich te bekeren;6 afpersing bij afpersing, bedrog bij bedrog; zij weigeren zich aan mij te storen, spreekt de Heer.7 Daarom spreekt de Heer der heirscharen aldus: Ik ga hen smelten en toetsen; want hoe zou ik kunnen stilzitten wegens de boosheid der dochter mijns volks?8 Hun tong is een moorddadige pijl, bedrog zijn de woorden huns monds; men spreekt zijn naaste vriendelijk toe, terwijl men in zijn binnenste hem lagen legt.9 Zou ik zulke dingen niet straffen? spreekt de Heer, tegen een volk als dit niet wraakgierig gezind zijn?10 Heft geween en geklag aan over de bergen, een klaaglied over de oasen der woestijn; want zij zijn verzengd, zodat niemand er doortrekt; zij horen het geblaat der kudden niet meer; het gevogelte des hemels zowel als het vee is gevloden, heengegaan.11 Ik maak Jeruzalem tot een steenhoop, een jakhalzenverblijf, en Juda's steden verkeer ik in een woestenij, gans onbewoond.

12 Wie wijs is versta dit; hij tot wien de Heer gesproken heeft melde het! Waarom is het land tegrondegegaan, verzengd als een woestijn, zodat niemand er doortrekt?13 De Heer zeide: Omdat zij de wet die ik hun had voorgelegd verzaakt, naar mij niet geluisterd, haar niet nageleefd hebben,14 maar de verstoktheid van hun boos hart zijn gevolgd, en de baals aan wie hun vaderen hen gewend hadden.15 Daarom zegt de Heer der heirscharen, Israels god, aldus: Zie, ik geef dit volk alsem te eten en een giftdrank te drinken;16 ik verstrooi hen onder de natien, die zijzelf noch hun vaderen hebben gekend, en zend hun het zwaard achterna, totdat ik hen heb afgemaakt.17 Zo zegt de Heer der heirscharen: Geeft acht! roept de klaagvrouwen, dat zij komen, zendt om de wijze vrouwen, dat zij zich spoeden;18 laten zij over ons een weeklacht aanheffen, zodat onze ogen wegsmelten in tranen, onze wimpers van water vlieten.19 Een klaagtoon is uit Sion gehoord: Hoe zijn wij verdelgd! Wij staan diep beschaamd, want wij hebben het land moeten verlaten, men heeft onze woningen omvergeworpen!20 Want hoort, vrouwen, het woord van den Heer, en verneme uw oor de woorden zijns monds, en leert uw dochters een weeklacht, elkander een klaaglied.21 De dood is onze vensters ingeklommen, onze burchten binnengetreden om de kinderen uit te roeien van de straat, de jongelingen van de pleinen.22 En gevallen zijn de lijken der mensen, als mest over het veld, en als een garf achter den maaier: niemand raapt ze op!

23 Zo zegt de Heer: De wijze beroeme zich niet op zijn wijsheid, noch de sterke op zijn sterkte, noch de rijke op zijn rijkdom;24 maar hierop beroeme zich wie roemen wil: zo verstandig te zijn om te erkennen dat ik de Heer ben, die goedertierenheid, recht en gerechtigheid oefen op aarde; want in dezulken heb ik behagen, spreekt de Heer.25 Zie, de dagen komen, spreekt de Heer, waarin ik zal straffen alle besnedenen die de voorhuid hebben:26 Egypte, Juda, Edom, de Ammonieten, Moab en allen die zich de slapen kaalscheren, de woestijnbewoners; want alle heidenen zijn onbesnedenen, en het ganse huis Israel is onbesneden van hart.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile