Lectionary Calendar
Sunday, November 24th, 2024
the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Attention!
For 10¢ a day you can enjoy StudyLight.org ads
free while helping to build churches and support pastors in Uganda.
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Leidse Vertaling

Exodus 11

1 Toen zeide de Heer tot Mozes: Nog een plaag zal ik over Farao en Egypte brengen; daarna zal hij u van hier laten trekken. Zelfs zal hij, wanneer hij u laat trekken, u met alle geweld van hier drijven.2 Zeg toch ten aanhoren van het volk, dat ieder, man en vrouw, van zijn naaste zilveren en gouden voorwerpen vrage.3 En de Heer deed het volk gunst vinden in het oog der Egyptenaren; ook was Mozes zeer geacht in Egypteland, in het oog van Farao's dienaren en het volk.

4 En Mozes zeide: Zo spreekt de Heer: Omstreeks middernacht zal ik Egypte doortrekken.5 Dan zal elke eerstgeborene in Egypteland sterven, van den eerstgeborene van Farao, die op zijn troon zitten zou, af, tot den eerstgeborene der slavin die den handmolen draait toe, benevens alle eerstgeborenen van het vee.6 Er zal een hevig geschrei opgaan in geheel Egypteland, zoals er nooit geweest is en nooit meer zijn zal.7 Maar geen hond zal tegen een der Israelieten de tong spitsen, noch tegen de mensen, noch tegen de dieren; opdat gij weten moogt dat de Heer onderscheid maakt tussen Egyptenaren en Israelieten.8 Dan zullen al deze uw dienaren tot mij komen en zich voor mij nederwerpen, zeggende: Trek uit met geheel het volk dat u volgt! Daarna zal ik uittrekken. Zo ging Mozes in brandenden toorn van Farao weg.9 Toen zeide de Heer tot Mozes: Farao zal niet naar u horen; opdat mijn wonderen in Egypteland talrijk worden.10 Mozes en Aaron hebben al die wonderen voor Farao's ogen gedaan; maar de Heer verstokte Farao's hart, zodat hij de Israelieten niet uit zijn land liet trekken.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile