the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Leidse Vertaling
2 Koningen 1
1 Moab viel na Achabs dood van Israel af.2 Toen Ahazja, door een val uit het tralievenster van zijn bovenkamer te Samarie, krank lag, zond hij boden en zeide tot hen: Gaat Baal-zebub, den god van Ekron, raadplegen, of ik van deze mijn krankheid herstellen zal.3 Toen sprak de engel des Heeren tot Elia, den Tisbiet: Maak u op, ga de boden van den koning van Samarie tegemoet en spreek tot hen: Is er soms geen god in Israel dat gij Baal-zebub, den god van Ekron, gaat raadplegen?4 Daarom zo zegt de Heer: Van het bed waarop gij u gelegd hebt zult gij niet afkomen; want gij zult sterven. Elia ging.5 Toen nu de boden bij Ahazia terugkwamen zeide hij tot hen: Hoe zijt gij daar terug?6 Zij zeiden tot hem: Een man kwam ons tegemoet en zeide tot ons: Gaat terug naar den koning die u gezonden heeft, en spreekt tot hem: Zo zegt de Heer: Is er soms geen god in Israel, dat gij zendt om Baal-zebub, den god van Ekron, te raadplegen? Daarom zult gij van het bed waarop gij u gelegd hebt niet afkomen; want gij zult sterven.7 Toen sprak hij tot hen: Wat was het voor een man, die u tegemoet kwam en deze woorden tot u gesproken heeft?8 Zij zeiden tot hem: Het was een harig man, met een gordel van leder om zijn middel. Toen zeide hij: Dat is Elia, de Tisbiet!
9 Nu zond hij een hoofdman over vijftig met zijn manschappen op hem af. Deze klom naar hem op, terwijl hij zat op den top des bergs, en sprak tot hem: Man Gods, de koning zegt: Kom af!10 Maar Elia antwoordde en sprak tot den hoofdman: Indien ik dan een godsman ben, zo dale vuur van den hemel en vertere u en uw manschappen. Toen daalde vuur van den hemel en verteerde hem en zijn manschappen.11 Wederom zond hij een hoofdman over vijftig met zijn manschappen op hem af. Deze klom op en sprak tot hem: Man Gods, zo zegt de koning: Kom terstond af!12 Maar Elia antwoordde en sprak tot hem: Indien ik een godsman ben, zo dale vuur van den hemel en vertere u en uw manschappen! Toen daalde vuur van den hemel en verteerde hem en zijn manschappen.13 Ten derden male zond hij een hoofdman over vijftig met zijn manschappen. Deze derde hoofdman nu klom op, kwam, ging voor Elia op de knieen liggen en smeekte hem: Man Gods, laat toch mijn leven en dat van uw knechten, deze manschappen, kostelijk zijn in uw oog.14 Zie, vuur is van den hemel gedaald en heeft de twee vorige hoofdlieden met hun manschappen verteerd; nu dan, laat het leven uwer knechten kostelijk zijn in uw oog.15 Toen sprak de engel des Heeren tot Elia: Daal met hem af; wees niet bevreesd voor hem. Zo stond Elia op, ging met hem af naar den koning16 en sprak tot hem: Zo zegt de Heer: Omdat gij boden hebt gezonden om Baal-zebub, den god van Ekron, te raadplegen, zult gij van het bed waarop gij u gelegd hebt niet opstaan; want gij zult sterven.17 En hij stierf, naar het woord des Heeren dat Elia gesproken had, en zijn broeder Joram werd koning in zijn plaats, in het tweede jaar der regering van Joram, den zoon van Josjafat, over Juda; want hij had geen zoon.18 Het overige nu der geschiedenis van Ahazja, wat hij gedaan heeft, is beschreven in het boek der kronieken van Israels koningen.