Lectionary Calendar
Sunday, November 24th, 2024
the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Attention!
Tired of seeing ads while studying? Now you can enjoy an "Ads Free" version of the site for as little as 10¢ a day and support a great cause!
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Leidse Vertaling

2 Kronieken 11

1 Toen Rehabeam te Jeruzalem gekomen was, vergaderde hij het huis Juda en Benjamin, honderd tachtig duizend strijdbare manschappen om oorlog te voeren met Israel, ten einde het koninkrijk voor zich te herwinnen.2 Maar het woord des Heeren kwam tot den godsman Sjemaja:3 Zeg aan Rehabeam, den zoon van Salomo, den koning van Juda, en tot gans Israel dat in Juda en Benjamin woont:4 Zo zegt de Heer: Gij zult niet optrekken en geen oorlog voeren met uw broeders; keert terug, ieder naar zijn huis; want door mij is deze zaak beschikt. En zij luisterden naar het woord des Heeren, keerden terug en trokken niet tegen Jerobeam op.5 Rehabeam nu woonde te Jeruzalem, en maakte in Juda enige steden tot vestingen:6 hij maakte Bethlehem, Etam, Tekoa,7 Beth-sur, Socho, Adullam,8 Gath, Maresja, Zif,9 Adoraim, Lachis, Azeka,10 Sorea, Ajjalon en Hebron in Juda en Benjamin, tot versterkte steden.11 Hij bracht die vestingen in staat van tegenweer en legde er bevelhebbers in, voorraden van levensmiddelen, olie en wijn;12 ook in elk dier steden rondassen en speren; zo bracht hij ze in geduchten staat van tegenweer. Alzo bleven Juda en Benjamin aan hem.

13 En de priesters en de Levieten die in gans Israel waren vervoegden zich, uit hun ganse gebied, bij hem;14 want de Levieten verlieten hun grond en hun bezitting en kwamen naar Juda en Jeruzalem; daar Jerobeam en zijn zonen hen beletten priesters voor den Heer te zijn,15 en hij priesters aanstelde voor de hoogten, voor de satyrs en voor de stieren die hij vervaardigd had.16 In hun gevolg kwamen uit alle stammen van Israel diegenen die hun hart zetten op het zoeken van den Heer, den god Israels, naar Jeruzalem, om aan den Heer, den god hunner vaderen, te offeren.17 Zij vermeerderden de kracht van het rijk Juda en sterkten Rehabeam, den zoon van Salomo, drie jaar lang; want drie jaar lang bewandelde hij den weg van David en Salomo.18 Rehabeam nam tot vrouw Mahalath, de dochter van Jerimoth, den zoon van David en van Abihail, de dochter van Eliab, den zoon van Izai,19 zij baarde hem zonen: Jeus, Sjemarja en Zaham.20 Daarna huwde hij Maacha de dochter van Absalom, die hem Abia, Attai, Ziza en Sjelomith baarde.21 Rehabeam nu had Maacha, de dochter van Absalom, meer lief dan al zijn andere vrouwen en bijvrouwen; want hij had achttien vrouwen genomen en zestig bijvrouwen en verwekte acht en twintig zonen en zestig dochters.22 En Rehabeam stelde Abia, den zoon van Maacha, tot hoofd, tot vorst onder zijn broeders, aan; want hij wilde hem koning maken.23 Wijselijk verspreidde hij enige van al zijn zonen over alle streken van Juda en Benjamin, in alle vestingen; hij gaf hun mondvoorraad in overvloed en vroeg voor hen een menigte vrouwen.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile