Lectionary Calendar
Sunday, November 24th, 2024
the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Attention!
StudyLight.org has pledged to help build churches in Uganda. Help us with that pledge and support pastors in the heart of Africa.
Click here to join the effort!

Read the Bible

Gereviseerde Leidse Vertaling

1 Kronieken 13

1 Nadat David met de oversten van duizend en van honderd, met alle vorsten, beraadslaagd had,2 zeide hij tot de ganse vergadering van Israel: Indien het u goeddunkt en het den Heer, onzen god, welgevallig is, laten wij dan zenden om onze broeders die in alle landstreken van Israel gebleven zijn, en tevens om de priesters en de Levieten in de steden waar zij hun weidegrond hebben; opdat zij zich bij ons verzamelen3 en wij de ark van onzen god tot ons overbrengen; want ten tijde van Saul hebben wij naar haar niet gevraagd.4 En de ganse vergadering zeide dat men zo doen zou; want de zaak stond het ganse volk aan.5 Zo vergaderde David gans Israel, van den stroom van Egypte af tot den weg naar Hamath toe om de ark Gods van Kirjath-jearim te doen komen.6 En David en gans Israel trokken naar Baala, naar Kirjath-jearim, dat in Juda ligt om van daar de ark Gods op te voeren, waarover de naam des Heeren, die op de cherubs troont, is uitgeroepen.7 Zij vervoerden de ark Gods op een nieuwen wagen uit het huis van Abinadab, terwijl Uzza en zijn broeder den wagen geleidden.8 David nu en gans Israel maakten met alle macht feestgedruis voor God uit, met liederen en met citers, harpen, tamboerijnen, cimbalen en trompetten.

9 Maar toen zij aan den dorschvloer van Kidon gekomen waren, stak Uzza de hand uit om de ark vast te houden; want de runderen gleden uit.10 Toen ontstak de Heer in toorn tegen Uzza en hij sloeg hem; omdat hij zijn hand naar de ark had uitgestoken; zo stierf hij aldaar voor Gods aangezicht.11 En David, ontsteld omdat de Heer geweldig tegen Uzza was losgebroken, noemde die plaats Peres-Uzza; zoals zij heet tot op dezen dag.12 En David werd te dien dage bevreesd voor God en zeide: Hoe zou ik de ark Gods bij mij doen komen!13 Daarom deed David de ark Gods niet bij zich in de Davidstad haar intrek nemen, maar liet haar inkeren in het huis van Obed-Edom, den Gattiet.14 Zo bleef de ark Gods in haar woning bij het huis van Obed-Edom drie maanden; en de Heer zegende het huis van Obed-Edom en al het zijne.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile