the Week of Proper 28 / Ordinary 33
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Lutherse Vertaling
Psalmen 146
1 Hallelujah! Loof den Heer, mijne ziel.2 Ik zal den Heer loven, zolang ik leef, en voor mijnen God lofzingen zolang ik ben.3 Verlaat u niet op vorsten, zij zijn mensen, die niet kunnen helpen.4 Want des mensen geest moet vanhier, en hij moet weder tot aarde worden: alsdan zijn al zijne aanslagen verloren.
5 Welgelukzalig is hij, wiens hulp Jakobs God is, wiens hoop is op den Heer zijnen God;6 die hemel, aarde, zee, en al wat er in is, gemaakt heeft; die woord houdt eeuwiglijk;7 die recht doet aan degenen, die geweld lijden; die de hongerigen spijst. De Heer verlost de gevangenen.8 De Heer maakt de blinden ziende; de Heer richt op wie ternedergeslagen zijn;9 de Heer behoedt de vreemdelingen en wezen, en onderhoudt de weduwen; maar den weg der goddelozen keert Hij om.10 De Heer is koning eeuwiglijk; uw God, o Sion, immer en altoos. Hallelujah!