the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Leidse Vertaling
Titus 2
1 Gij nu spreek zoals het met de gezonde leer overeenkomt.2 Zeg dat de bejaarde mannen nuchter moeten zijn, eerbaar, bezonnen, gezond in geloof, liefde, geduld.3 Evenzo dat de bejaarde vrouwen zich moeten gedragen gelijk het heiligen betaamt, niet kwaadspreken noch aan den wijn verslaafd zijn; neen, voorgangsters in alwat schoon is moeten zij wezen;4 opdat zij de jonge vrouwen bezonnen maken, zodat ze haar mannen en kinderen liefhebben,5 verstandig, kuis, huishoudelijk, goedertieren, aan haar mannen onderdanig; opdat Gods woord niet gelasterd worde.6 Vermaan desgelijks de jonge mannen bezonnen te zijn in alle dingen,7 en wees zelf een voorbeeld in goede werken in het geven van onvervalst onderricht en in eerwaardigheid;8 uw prediking zij gezond en onaantastbaar; opdat de tegenpartij beschaamd sta, daar men van ons geen kwaad weet te zeggen.9 Leer ook dat de slaven in alles aan hun heren onderdanig moeten zijn, hun gevallig, zonder tegen te spreken,10 hun niets ontvreemden, maar zich volkomen trouw betonen; opdat zij in alles een sieraad mogen zijn der leer van God, onzen redder.
11 Immers, de reddende genade van God is allen mensen verschenen,12 ons lerend om, met verzaking van goddeloosheid en wereldse lusten, ingetogen, rechtschapen en vroom in de tegenwoordige wereld te leven,13 in afwachting van de zalige hoop en de verschijning der heerlijkheid van onzen groten God en redder, Christus Jezus,14 die zich voor ons gegeven heeft om ons los te kopen van alle ongerechtigheid en zich een rein volk ten eigendom te verwerven, volijverig in het doen van goede werken.
15 Zeg deze dingen, vermaan en bestraf met allen aandrang; niemand verachte u.