Lectionary Calendar
Sunday, November 24th, 2024
the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Attention!
StudyLight.org has pledged to help build churches in Uganda. Help us with that pledge and support pastors in the heart of Africa.
Click here to join the effort!

Read the Bible

Gereviseerde Leidse Vertaling

Romeinen 7

1 Gij weet immers, broeders--ik spreek tot mensen die de wet kennen--dat de wet heerst over den mens zolang hij leeft?2 Want de gehuwde vrouw is aan haar levenden man door een wet gebonden; maar is de man gestorven, dan is zij ontslagen van de wet van haar man.3 Dus heet zij, wanneer zij bij het leven van haar man aan een ander gaat toebehoren, een echtbreekster; maar is haar man gestorven, dan is zij van de wet vrij, zodat zij geen echtbreekster is wanneer zij aan een anderen man gaat toebehoren.4 Desgelijks, broeders, zijt gij voor de wet gestorven door het lichaam van Christus, zodat gij aan een ander gaat toebehoren, namelijk aan hem die uit de doden is opgewekt; opdat wij voor God vruchtbaar zouden worden.5 Want zolang wij in het vlees waren, werkten de zondige hartstochten, die door de wet waren opgewekt, in onze ledematen, zodat wij voor den dood vruchten droegen.6 Maar nu zijn wij van de wet ontslagen, dood voor haar die ons gevangen hield; zodat wij thans dienen in geestesvernieuwing en niet in de verouderde letter.

7 Wat zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? Volstrekt niet. Maar ik wist niet wat zonde was dan door de wet. Ik zou de begeerlijkheid niet kennen indien de wet niet zeide: Gij zult niet begeren.8 De zonde, haar kans schoon ziende doordat het gebod gegeven was, wekte in mij allerlei begeerlijkheid op; want zonder wet is de zonde dood.9 Voorheen toch, zonder de wet, was ik het die leefde; maar nu het gebod gekomen is, leefde de zonde op, en ben ik gestorven.10 Zo heeft het gebod zelf, dat heette ten leven te leiden, mij in den dood gevoerd.11 Want de zonde, haar kans schoon ziende doordat het gebod gegeven was, heeft mij bedrogen en daardoor gedood.12 Dus is de wet wel heilig, en het gebod is heilig, recht en goed.13 Is dan iets goeds dodelijk voor mij geworden? Onmogelijk. Dodelijk werd voor mij de zonde--en hieruit bleek haar zondig karakter--de zonde, die door iets voortreffelijks mij den dood berokkende; opdat door het gebod de zonde bovenmate zondig zou worden.

14 Want wij weten dat de wet geestelijk is, maar ik ben vleselijk, verkocht en onder de macht der zonde gekomen. Want ik weet niet wat ik doe.15 Immers wat ik niet wil, dat doe ik toch; ja, wat ik haat, dat doe ik.16 Indien ik dan doe wat ik niet wil, dan erken ik dat de wet goed is.17 Nu doe ik het niet meer, maar de zonde die in mij woont.18 Want ik weet dat in mij, dat wil zeggen in mijn vlees, niets goeds woont; wel is het willen bij mij aanwezig, maar het doen van het goede niet.19 Want het goede dat ik wil doe ik niet, maar het kwade dat ik niet wil, dat doe ik.20 Welnu, indien ik doe wat ik niet wil doen, dan ben ik het niet meer die het doe, dan is het de zonde die in mij woont.21 Ik vind dus dezen gang van zaken: terwijl ik het goede wil doen, komt het kwade tot stand.22 Want met mijn gemoed verlustig ik mij in de wet Gods,23 maar in mijn leden zie ik een andere wet heersen, een die strijd voert met de wet van mijn rede en mij gevangen houdt onder de in mijn leden heerschende wet der zonde.24 Ik rampzalig mens! wie zal mij verlossen uit dit lichaam waarin de dood huist?25 Gode zij dank door Jezus Christus, onzen Heer! Dus dien ikzelf wel met mijn rede de wet Gods, maar met mijn vlees de wet der zonde.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile