the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Click here to join the effort!
Read the Bible
Gereviseerde Leidse Vertaling
Numeri 8
1 De Heer sprak tot Mozes:2 Spreek tot Aaron en zeg hem: Wanneer gij de lampen op den luchter zet, moeten de zeven lampen naar zijn voorzijde gekeerd licht geven.3 En Aaron deed zo: hij zette de lampen van den luchter er zo op dat zij naar zijn voorzijde gekeerd waren; zoals de Heer Mozes bevolen had.4 De luchter nu was aldus gemaakt: gedreven werk, van goud; tot het voetstuk en de bloesems toe was het gedreven werk. Volgens het model dat de Heer aan Mozes getoond had, zo had hij den luchter gemaakt.
5 De Heer sprak tot Mozes:6 Neem de Levieten uit het midden der Israelieten en reinig hen.7 Zo zult gij hun doen, om hen te reinigen: sprenkel op hen ontzondigingswater; dan moeten zij een scheermes over hun gehele lichaam laten gaan en hun klederen wassen; en zo zullen zij rein worden.8 Voorts zullen zij een jongen stier nemen, met het daarbij behorend meeloffer, bloem met olie gemengd; en een tweeden jongen stier zult gij nemen ten zondoffer.9 Dan zult gij de Levieten doen toetreden voor de tent der samenkomst en de gehele gemeente der Israelieten vergaderen.10 Daarna zult gij de Levieten voor den Heer doen toetreden, en de Israelieten zullen den Levieten de handen opleggen;11 waarna Aaron de Levieten als een aanbiedingsoffer vanwege de Israelieten bewegen zal voor den Heer. Zo zullen zij het dienstwerk voor den Heer te verrichten hebben.12 Daarna zullen de Levieten den stieren de handen op den kop leggen, en breng gij dan den enen ten zondoffer, den anderen ten brandoffer aan den Heer, om verzoening te bewerken voor de Levieten.13 Vervolgens zult gij de Levieten plaatsen voor Aaron en zijn zonen en als een aanbiedingsgave aan den Heer bewegen.14 Gij zult de Levieten uit het midden der Israelieten afzonderen, en de Levieten zullen mij toebehoren.15 Daarna zullen zij komen om aan de tent der samenkomst dienst te doen; waartoe gij hen reinigen en als een aanbiedingsgave bewegen zult.16 Want geschonken, geschonken zijn zij aan mij, uit het midden der Israelieten; in plaats van alwat den moederschoot opent, van alle eerstgeborenen uit de Israelieten, heb ik hen voor mij genomen.17 Want mij behoren alle eerstgeborenen onder de Israelieten, van mens en dier; ten dage dat ik alle eerstgeborenen in Egypteland sloeg, heb ik hen mij geheiligd.18 Maar ik neem de Levieten in plaats van alle eerstgeborenen onder de Israelieten,19 en geef de Levieten als geschonkenen aan Aaron en zijn zonen, uit het midden der Israelieten, om het dienstwerk voor de Israelieten in de tent der samenkomst te verrichten, en om verzoening voor de Israelieten te bewerken; opdat onder de Israelieten geen plaag kome doordat zij tot het heilige naderen.20 Mozes, Aaron en de gehele gemeente der Israelieten deden met de Levieten juist zoals de Heer Mozes ten aanzien der Levieten bevolen had; zo deden de Israelieten met hen.21 De Levieten werden dus ontzondigd, zij wiesen hun klederen, en Aaron bewoog hen voor den Heer als een aanbiedingsgave. Zo bewerkte Aaron verzoening voor hen, om hen te reinigen.22 Daarna kwamen de Levieten, om hun dienstwerk in de tent der samenkomst te verrichten onder opzicht van Aaron en zijn zonen; zoals de Heer Mozes ten aanzien van de Levieten bevolen had, zo deden zij met hen.23 De Heer sprak tot Mozes:24 Dit geldt van de Levieten: van vijf en twintig jaar af en daarboven zal hij komen om zijn plicht te vervullen bij het dienstwerk aan de tent der samenkomst;25 en wanneer hij boven de vijftig jaren oud is, dan zal hij vrij zijn van verplicht werk en niet meer dienen.26 Wel zal hij zijn broeders bij de tent der samenkomst behulpzaam zijn in het vervullen van hun plichten, maar eigenlijk dienen zal hij niet meer. Aldus zult gij met de Levieten ten aanzien van hun plichten doen.