Lectionary Calendar
Sunday, November 24th, 2024
the Week of Christ the King / Proper 29 / Ordinary 34
Attention!
For 10¢ a day you can enjoy StudyLight.org ads
free while helping to build churches and support pastors in Uganda.
Click here to learn more!

Read the Bible

Gereviseerde Leidse Vertaling

1 Petrus 2

1 Legt dan af alle boosheid en valsheid, geveinsdheid, afgunst en allen achterklap,2 en weest, als pasgeboren kinderen, begerig naar de redelijke en onvervalste melk; opdat gij daardoor moogt opgroeien tot heil;3 althans indien gij ervaren hebt dat de Heer goedertieren is!

4 Komt tot hem, den levenden steen, door de mensen wel verworpen, maar bij God uitverkoren en kostelijk,5 en laat uzelf als levende stenen opbouwen tot een geestelijk huis, een heilig priesterdom om geestelijke offers te brengen, die Gode welgevallig zijn door Jezus Christus.6 Immers, in de Schrift staat: Zie, Ik leg in Sion een uitverkoren, kostelijken hoeksteen; wie daarop vertrouwt zal niet beschaamd uitkomen.7 Voor u, die gelooft, die eer; maar voor de ongelovigen geldt: De steen dien de bouwlieden hebben afgekeurd, die is tot hoeksteen geworden en een steen waaraan men zich stoot, een blok waarover men struikelt.8 Zij stoten er zich aan, omdat zij het woord niet geloven. Daartoe zijn zij ook bestemd.9 Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, Gods eigendom, opdat gij de roemruchte daden zoudt verkondigen van Hem die u heeft geroepen tot zijn wonderbaar licht.10 Weleer geen volk, zijt gij thans Gods volk; die weleer geen erbarming vondt, thans haar gevonden hebt.11 Geliefden, ik vermaan u, als vreemdelingen en bijwoners, u ver te houden van de vleselijke lusten, die tegen de ziel strijd voeren,12 en een goeden wandel onder de heidenen te leiden; opdat zij eens in den dag der bezoeking God prijzen, wanneer zij uw wandel, waarvan zij nu als van dien van boosdoeners kwaadspreken, uit uw goede werken beter kennen.

13 Onderwerpt u om des Heeren wil aan alle menselijke ordening; den koning als den opperheer,14 den landvoogden als door hem gezonden om de boosdoeners te straffen, de braven te prijzen;15 want dat is de wil van God: gij moet door het goede te doen de domme praat der onverstandige lieden tot zwijgen brengen;16 als vrije mensen, wien de vrijheid niet tot een dekmantel der boosheid strekt, maar als dienstknechten Gods.17 Geeft allen mensen de eer die hun toekomt, hebt de broederschap lief, vreest God, eert den koning.18 Dienstknechten, weest met alle vrees onderdanig aan uw meesters, niet alleen aan de goede en welwillende, maar ook aan de onbillijke.19 Want dat verwerft Gods genade, als iemand, omdat hij zich bewust is Gods dienaar te zijn, onverdiende smarten verdraagt.20 Want wat roemrijks steekt er in, geduldig te blijven wanneer gij om uw misdrijven geslagen wordt? Neen, als gij terwijl gij goed gehandeld hebt lijden moet en gij blijft dan geduldig, dat vindt genade bij God.21 Hiertoe toch zijt gij geroepen, omdat ook Christus voor u geleden heeft, u een voorbeeld nalatend, opdat gij zijn voetstappen zoudt drukken.22 Hij heeft geen zonde gedaan, en geen bedrog is in zijn mond gevonden;23 toch schold hij, toen hij gescholden werd, niet terug, en toen hij leed, dreigde hij niet, maar hij gaf het over aan Hem die rechtvaardig oordeelt.24 Hij heeft zelf onze zonden in zijn lichaam op het kruishout gedragen; opdat wij, los van de zonden geworden, voor de gerechtigheid zouden leven. Door zijn striemen zijt gij genezen.25 Want gij dwaaldet rond als schapen, maar hebt u nu gekeerd tot den herder en opziener uwer zielen.

 
adsfree-icon
Ads FreeProfile